Special: Gemeentelijke Coalities tegen Eenzaamheid

Nieuws over Anders, Actief en Comfortabel

LaCoTA geeft informatie over meer dan 30 woonvarianten. Veel daarvan zijn interessant voor zowel jong als ouder. Levensloopflexibel Wonen, Thuistechnologie (Domotica), Duurzaamheid, Sociale Netwerken en Mantelzorg krijgen daarbij bijzondere aandacht.

Actieve mensen dragen bij aan vitale gemeenten, een vitale buurgemeenschap en vitale verbindingen!

In dit nummer:

  • Inleiding
  • Programma Langer Thuis
  • Nationale Coalitie tegen Eenzaamheid
  • LaCoTA en de Coalitie tegen Eenzaamheid
    • Buurtverbinders
    • Virtuele Woongemeenschappen
    • Trefpunt op SchermVan
    • De voordelen van SchermVan
    • De LaCoTa-consulent
  • De implementatie van smart homes
  • Eenzaamheid en kwaliteit van leven

Inleiding

Eenzaamheid komt veel voor. Dat geldt voor jongere generaties, maar zeker voor 75-plussers. Meer dan de helft van de mensen ouder dan 75 jaar zegt zich eenzaam te voelen. Op dit moment zijn in Nederland 1,3 miljoen mensen ouder dan 75 jaar. Op basis van deze cijfers zeggen dus nu 650.000 75-plussers dat zij zich eenzaam voelen. De verwachting is dat er in 2030 zelfs 2,1 miljoen 75-plussers zijn. De Rijksoverheid wil eenzaamheid in de groep 75-plus eerder signaleren en de trend van eenzaamheid doorbreken. Daarvoor heeft zij een landelijk programma ontwikkeld. Maatschappelijke organisaties, gemeenten, bedrijven en ondernemers slaan hiervoor de handen ineen. Dit doen zij in een landelijke en in lokale coalities (samenwerkingsverbanden) tegen eenzaamheid.

LaCoTA wil, in aansluiting op dit programma, en in samenwerking met provinciale opbouworganen, coalities tegen eenzaamheid inspireren en ondersteunen vanuit het thema Langer Comfortabel Wonen. Een van de modulen in onze trajecten Langer Comfortabel Wonen is de woonscan.  Verderop in deze special meer over onze inzet.

Programma Langer Thuis van het ministerie VWS

Minister De Jonge (VWS) heeft in juni 2018 de Tweede Kamer geïnformeerd over het programma 'Langer thuis'. Dit programma richt zich op ouderen die zelfstandig thuis wonen. Het programma is onderdeel van het Pact voor de Ouderenzorg.

De Jonge laat weten dat door de demografische ontwikkelingen het aantal (kwetsbare) thuiswonende ouderen de komende jaren sterk zal groeien. Dit brengt volgens hem een grote opgave met zich mee. Met het Pact voor de Ouderenzorg hebben het kabinet, gemeenten en een reeks maatschappelijke partijen de handen ineen geslagen om de zorg en de woonsituatie voor ouderen merkbaar te verbeteren. In het Pact werden drie programma’s aangekondigd, te weten: “Een tegen Eenzaamheid”, “Thuis in het Verpleeghuis” en “Langer thuis”. Met dit laatste programma wil De Jonge zich specifiek richten op de grote en groeiende groep ouderen die zelfstandig thuis wonen. Het uitgangspunt daarbij is de wens van ouderen om zo lang mogelijk op een goede manier zelfstandig te kunnen blijven wonen, met ondersteuning, zorg en in een woning die aansluit bij hun persoonlijke behoeften.

Het programma Langer Thuis brengt nieuwe verbinding aan tussen de verschillende domeinen die de kwaliteit van leven van ouderen stimuleren. Het bevat een reeks nieuwe maatregelen die een stevige impuls geven aan de beweging naar een lokale, integrale en persoonsgerichte aanpak voor (kwetsbare) ouderen. Deze zijn ondergebracht in drie actielijnen:

Actielijn 1: Goede ondersteuning en zorg thuis

  • Om de zelfredzaamheid van ouderen te versterken, komt er een landelijk netwerk ‘Vitaler ouder worden’ en gaan gemeenten door met de sociale basis te versterken;
  • Om te stimuleren dat professionals in de wijk (op basis van een persoonlijk ondersteunings- en zorgplan) als een team samenwerken rond kwetsbare ouderen, worden er afspraken over samenwerking in de regio gemaakt met zorgverzekeraars en gemeenten, bevordert men vernieuwing in de praktijk via leernetwerken, en geeft men een stevige impuls aan innovatieve, digitale zorg thuis (eHealth);
  • Om soepeler doorstroom van en naar tijdelijk verblijf te stimuleren, komt geriatrische expertise op het juiste moment op de juiste plek beschikbaar door meer geld vrij te maken voor specialisten ouderengeneeskunde. Ook maakt men geld vrij om de totstandkoming van brede regionale coördinatiepunten tijdelijk verblijf te stimuleren en wordt de regiefunctie van het ROAZ (Regionaal Overleg Acute Zorg) versterkt.

Actielijn 2: Mantelzorgers en vrijwilligers in zorg en welzijn

  • Om mantelzorgers en vrijwilligers bewust te maken van ondersteunings- mogelijkheden - zoals respijtzorg - komen er bewustwordingscampagnes;
  • Om het aanbod van ondersteuning en respijtzorg te verbeteren, komt er een landelijke adviseur respijtzorg, maken gemeenten het aanvragen van ondersteuning eenvoudiger en start men pilots gericht op een meer sociale benadering van dementie.
  • Om betere aansluiting tussen informele en formele zorg te realiseren, stimuleert men een programma daartoe, versterkt men de positie van vrijwilligerswerk in de gemeenten en wisselt men kennis uit rond burgerinitiatieven;

Actielijn 3: Wonen

  • Gemeenten gaan de woonopgave voor ouderen in beeld te brengen. Er wordt een ondersteuningsteam ingericht om daarbij te helpen;
  • Om de totstandkoming van meer nieuwe (geclusterde) woonzorgvormen te stimuleren, komt er een innovatieregeling gericht op nieuwe woonzorgvormen, een ‘community of practice’ en een kennisprogramma;
  • Om ouderen te helpen “geschikt te wonen”, ontwikkelen gemeenten een lokale aanpak om hen daarbij te helpen (zoals een wooncoach). Het ondersteuningsteam en het kennisprogramma helpen hen daarbij.

Bij de totstandkoming van voorliggend programma is De Jonge met ouderen, zorgverleners en aanbieders, gemeenten en verzekeraars in gesprek geweest. Het Rijk wil partijen met dit programma verbinden, stimuleren en ondersteunen. Daarbij wordt energie en motivatie gegeven aan een beweging die - vooral lokaal en regionaal – al gaande is. Dit programma is daarmee geen eindpunt van een proces, maar vooral een startpunt. Samen met de gemeenten, verzekeraars en andere betrokken partijen wil de minister aan de slag gaan om het programma verder uit te werken; om de zorg en ondersteuning voor ouderen merkbaar beter te maken, de mantelzorgers en vrijwilligers beter te ondersteunen en de woonopgave voor ouderen aan te pakken. Hiertoe zal hij - samen met hen - een werkgroep Langer Thuis inrichten.

Hier leest u de volledige brief.

 

Deelnemende gemeenten Nationale Coalitie tegen Eenzaamheid

Eén tegen Eenzaamheid is een initiatief van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport. Het doel van Eén tegen Eenzaamheid is de trend van eenzaamheid onder ouderen te doorbreken door met heel veel partners eenzaamheid eerder te signaleren en te doorbreken. Dit gebeurt met zowel een landelijke coalitie als 380 lokale coalities. Lokale coalities vormen daarbij dus de spil van de aanpak tegen eenzaamheid.

Gemeenten zijn op grond van de Wmo 2015 primair verantwoordelijk voor het bestrijden/vormgeven van een aanpak tegen eenzaamheid. Zij kunnen als regisseur een lokale coalitie tegen eenzaamheid vormen, samen met bedrijven, ondernemers, burgers en maatschappelijke organisaties. Het Rijk ondersteunt gemeenten bij zowel de coalitievorming als specifieke vragen waar lokale coalities tegenaan lopen.

We noemen een aantal voorbeelden van gemeenten die al een lokale coalitie hebben.

Coalitie Haarlem Ontmoet

Gemeente Katwijk

Open Platform tegen Eenzaamheid Zoetermeer

Platform Eenzaamheid Walcheren

Stichting Coalitie Erbij Woudenberg

Bossche Coalitie Erbij

Eindhoven in Contact

Leudal Maatjes – Gemeente Leudal

Themagroep Ontmoeten Gemeente Beesel

Aanpak eenzaamheid Winterswijk

 

LaCoTA en de Coalitie tegen Eenzaamheid

LaCoTA wil Coalities tegen Eenzaamheid inspireren en ondersteunen vanuit het thema Langer Comfortabel Wonen. We doen dat onder meer met Buurtverbinders, Virtuele Woongemeenschappen, Trefpunt en onze consulenten.

Buurtverbinders

LaCoTA wil hiertoe onder meer een netwerk opbouwen van Buurtverbinders. Dat kunnen getrainde vrijwilligers zijn die zich aanmelden via Mijn Trefpunt, maar ook getrainde vrijwilligers van andere woonzorgconsumentenorganisaties. Deze Buurtverbinders  kunnen huisbezoeken doen en voeren daarbij desgewenst een woonscan uit. Deze woonscan is een van de modulen in onze projecten Langer Comfortabel Wonen. Met behulp van een woonscan wordt geïnventariseerd wat gedaan kan worden om de huidige woning veiliger en comfortabeler te maken. Indeling, ergonomische aanpassingen, verlichting, domotica, thuistechnologie, beeldbelcommunicatie, energiebesparende maatregelen komen in de woonscan aan de orde. Daarnaast kan de woonscan gebruikt worden als doorverwijzing naar een WMO-consulent, ergotherapeut, seniorencoach en eerstelijnszorgverlener.

De woonscan kan ook uitmonden in een aanbeveling eenvoudige basismodulen van SchermVan te gaan gebruiken. Denk aan het gebruik van een button voor sociale personenalarmering, rookmelder, personenalarmering met meldkamer als achterwacht, oproep wijkzorg, zorgcommunicatie, deelname buurgemeenschap, gebruik van een comfort-tablet, of de app “SchermVan” op smartphone.

Voor het uitvoeren van een woonscan kunnen ook studenten van een Hogeschool, ROC en of Wijkleerbedrijf (al dan niet samen met een LaCoTA Buurtverbinder) ingezet worden.

Sowieso kan geen enkele partij kan op zichzelf de implementatie van thuistechnologie  succesvol organiseren en/of  succesvol in de markt zetten. De kracht van LaCoTA als coöperatie is het onderling verbinden van netwerken, zodat samen een geïntegreerd project kan worden aangeboden. LaCoTA wil daarom graag landelijke woonzorgconsumentenorganisaties (zoals Omroep Max, Rode Kruis, Ouderenbonden, Humanitas en Zonnebloem) betrekken bij de uitvoering van het project.

Virtuele Woongemeenschappen

Ouderen willen en moeten langer thuis blijven wonen. Om ervoor te zorgen dat ouderen ook daadwerkelijk langer thuis kunnen blijven wonen, is het zaak stil te staan bij hun behoeften. Een van de grootste behoeften is de behoefte aan sociaal contact.

Met een virtueel platform “Mijn Trefpunt” wil LaCoTa mensen (met name 50-plussers) in de gelegenheid stellen hun sociale netwerk uit te breiden. Mensen kunnen elkaar onder meer vinden op basis van hun interesses of woonplaats. Denk daarbij aan mailen binnen de besloten site, maar ook aan het fysiek ontmoeten van andere deelnemers om samen activiteiten te ondernemen. Gemeenschappelijke activiteiten kunnen gericht zijn op ontmoeting (samen eten, hobby's) maar bijvoorbeeld ook op gezamenlijk organiseren van woonservice-diensten zoals boodschappen- en maaltijdservices. Trefpunt kan mensen zelfs samenbrengen als het gaat om gezamenlijke renovatie, het plaatsen van zonnepanelen en de inkoop van groene stroom.

Deelnemers aan Trefpunt die een stapje verder willen gaan, kunnen zich organiseren binnen een Virtuele Woongemeenschap. Dit is een woongemeenschap die onderling contact heeft via internet. Door beeldbelcontact kunnen de deelnemers elkaar spreken (en desgewenst ook zien). De deelnemers binnen de virtuele woongemeenschap vinden het belangrijk om naar elkaar om te kijken, bijvoorbeeld door elkaar te helpen bij het kiezen van oplossingen en het gebruik van thuistechnologie.

Voor mensen die dichterbij elkaar wonen, kan een zogenoemd Buurgemeenschap interessant zijn. Een Buurgemeenschap is een vorm van gemeenschappelijk wonen, maar dan zonder daadwerkelijk te verhuizen. De woningen binnen een Buurgemeenschap kunnen verspreid in een wijk staan of binnen een bepaalde straal liggen. De mensen wonen dus weliswaar niet in hetzelfde gebouw, maar een Buurgemeenschap heeft vaak wel een eigen vaste buurtkamer of ontmoetingsruimte.

Trefpunt op SchermVan

SchermVan is een door LaCoTA ontwikkelde app. Onze app integreert verschillende functionaliteiten op gebieden als huisautomatisering, dienstverlening, zorgverlening en ondersteuning. Met SchermVan is het zodoende mogelijk om binnen één enkele app te beeldbellen, de verwarming aan te sturen, zorgverleners te alarmeren, vervoer van deur tot deur te regelen en boodschappen te laten bezorgen.

Ook het virtueel platform Trefpunt is via SchermVan snel en gemakkelijk bereikbaar.

De voordelen van SchermVan

De app/web SchermVan integreert verschillende functies op gebieden als huisautomatisering, dienstverlening, zorgverlening en buurtcommunicatie. SchermVan bevat bijvoorbeeld modules voor beeldbellen, de bediening van thuistechnologie en het oproepen van zorg. Voorheen waren er voor deze functionaliteiten verschillende apparaten, apps of afstandsbedieningen nodig. SchermVan bundelt al deze functionaliteiten binnen één app.

 

Deze naadloze integratie van diverse functionaliteiten op SchermVan  is niet het enige dat de app/web uniek maakt. Er zijn meer unieke aspecten:

 

  • De app is voor gebruikers gratis.
  • Alle modulen van XS-Comfort kunnen worden bediend vanuit een comfort-tablet.
  • Een tablet is voor veel ouderen gemakkelijker te bedienen dan een smartphone. En een dedicated tablet loopt niet vol met eindeloos veel apps.
  • Na registratie wordt er, bij de button “gemeente” automatisch ook een link gemaakt

naar relevante gemeentelijke informatie over de Wmo en Langer Comfortabel

Wonen, van de gemeente waarin de gebruiker woont

  • De aanvraag en de inrichting van SchermVan kan - ook voor mensen die plots (meer) zorgbehoevend worden - snel georganiseerd worden, bijvoorbeeld door een familielid, zelfs wanneer deze zich aan de andere kant van het land bevindt.
  • De geïntegreerde functionaliteiten betekenen een ontlasting voor de communicatie van en met mantelzorgers.
  • De standaard is open source, zodat veel domotica-modulen er gemakkelijk mee kunnen communiceren en de kosten laag blijven.
  • De achterliggende protocollen zijn gericht op privacy. Zodoende is zorgcommunicatie via SchermVan veilig en betrouwbaar.

De LaCoTA-Alliantie consulent

LaCoTA streeft naar een netwerk, onderdeel van een grotere Alliantie, van ongeveer 40 consulenten die ieder in ongeveer 10 gemeenten coördinerend, ondersteunend en verbindend bijdragen aan het gebruik van de app/web SchermVan en ook anderszins helpen bij de uitvoering van een gemeentelijk traject Langer Comfortabel Wonen. LaCoTA zal zorgdragen voor deskundigheidsbevordering voor deze consulenten.

De basis van het LaCoTA consulentennetwerk moet betaald worden uit abonnementsgelden voor licenties. Omdat gemeenten de spil zijn in de uitvoering van het sociaal domein zal aan alle gemeenten gevraagd gaan worden een licentie te nemen voor gebruik en implementatie van de app/web SchermVan en ondersteuning bij verdere gemeentelijke introductie en uitvoering van een traject Langer Comfortabel Wonen. Daarnaast worden o.a. ook abonnementsgelden voor licenties gevraagd aan zorgaanbieders.

De taken van de (LaCoTA) consulent:

  • Coördineren van de introductie van een gemeentelijke Alliantie voor Langer Comfortabel Wonen
  • Samenwerken met de gemeentelijk coördinator Langer Comfortabel Wonen
  • Samenwerken met de gemeentelijke Coalitie tegen Eenzaamheid
  • Bevorderen dat de gemeente de gemeentelijke infopagina over Langer Comfortabel Wonen (button op SchermVan) samenstelt en actueel houdt
  • Bieden van basisondersteuning per gemeente bij uitvoering “Gemeentebreed traject Langer Comfortabel Wonen”
  • Bieden van basisondersteuning per zorgaanbieder die een licentie heeft op de app/webb SchermVan
  • Onder de ondersteuning binnen de gemeente valt ook het stimuleren van buurtverbinding en leggen van koppelingen op buurtniveau met modulen uit het gemeentelijk traject Langer Comforttabel Wonen
  • Samen met het Digitaalhulpplein bevorderen van Train de Trainertrajecten voor buurtverbinders, buurgemeenschappen, cirkelgroepen rond zorgaanbieders, digicoaches, domoticabrigadiers, welzijnsorganisaties en woningcorporaties
  • Organiseren van de “Plus” bij Wijkleerbedrijven
  • In samenwerking met het Provinciaal Opbouworgaan taken van dit opbouworgaan uitvoeren op gemeentelijk niveau.
  • In samenwerking met LaCoTA uitvoeren van taken voor het project “Senior En Buurt Zoeken Sterk Netwerk”

Aanvullende rollen van een provinciaal opbouworgaan kunnen zijn:

  • Inbedding van de app/web SchermVan in andere provinciale projecten zoals
    • Stimuleren vitale kernen en buurten
    • Regiovervoer (met name vervoer van deur tot deur)
    • Overleg met ROS (Regionale Ondersteuningsstructuur Eerstelijnsgezondheidszorg)
  • Specifiek beleid Seniorenhuisvesting
  • Werkgelegenheid (aantrekkelijk maken van werk in de zorg)
  • Onderwijs (overleg met ROC’s)
  • Coördineren van het LaCoTA project “Senior zoekt Sterk Netwerk”
  • Coördineren van het LaCoTA project “Buurt zoekt Sterk Netwerk”

 

De implementatie van thuistechnologie

Smart homes zullen in de komende jaren steeds populairder worden. De groei die thuistechnologie de afgelopen jaar heeft doormaakt is enorm. Alleen al in de productcategorie slimme speakers zien we een toename van 6 miljoen verkochte exemplaren in 2016 naar ruim 33 miljoen in 2017. Dat komt mede omdat verschillende toepassingen steeds beter te integreren zijn in bestaande infrastructuur en omdat de toepassingen steeds meer de consumentenmarkt betreden: bij de bouwmarkt liggen al allerlei toepassingen in de schappen. Ook raken we steeds meer doordrongen van de noodzaak en de voordelen, zo zien steeds meer mensen het nut van deze toepassingen. Steeds meer mensen zijn zich bijvoorbeeld bewust van hun gezondheid en willen betrokken zijn bij het managen van hun ziekten.

In 2025 zou monitoring standaard toegepast kunnen worden in de huizen die specifiek gebouwd worden met het oog op thuis oud worden. In deze huizen wordt valdetectie toegepast, evenals het monitoren van vitale functies, slaap en dagelijkse bezigheden. De data van deze toepassingen is beschikbaar voor zorgverleners en mantelzorgers, die via beeldbellen contact kunnen leggen met de bewoner. Rond 2030 zien we waarschijnlijk nog veel meer slimme technologie, zodat mensen met chronische aandoeningen 24 uur per dag in real-time gemonitord kunnen worden. Door gebruik te maken van voorspellende analyses kan dan preventieve zorg geboden worden.

Technische innovatie doorvoeren is echter lastig, zeker in een sector als de zorg. Mensen horen op het nieuws over een nieuwe toepassing, maar dan kan het nog tot wel 15 jaar duren voordat deze toepassing ook daadwerkelijk in de praktijk zichtbaar is. Dat komt onder meer omdat het nut bewezen moet worden, zorgverzekeraars met financiering moeten komen en mensen opgeleid moeten worden. Ook de acceptatie door zorgverleners en patiënten speelt mee. Om mensen te laten wennen aan smart home-toepassingen, moet men vroegtijdig worden meegenomen in de ontwikkeling. Als je mensen laat wennen, verloopt de acceptatie vaak gemakkelijker. Dat probleem speelt nog eens extra in de ouderenzorg, mede omdat ouderen vaak minder digitale vaardigheden hebben.

Een ander struikelblok heeft te maken met compatibiliteit. De meeste producten die momenteel verkrijgbaar zijn, zijn ontwikkeld voor een specifieke taak. Hoewel deze systemen gebruikmaken van standaard communicatieprotocollen, zijn ze meestal toch niet compatibel met systemen van andere fabrikanten, waardoor de consument weinig alternatieven heeft. Een gemeenschappelijk platform voor alle systemen zal de concurrentie tussen de fabrikanten verhogen, wat zal resulteren in meer alternatieven voor de consumenten, waardoor het gebruik van thuistechnologie zal toenemen. Daarom is een wereldwijde industriestandaard op basis van een goed gedefinieerde gelaagde architectuur van cruciaal belang voor de brede acceptatie van de slimme thuistechnologie.

Een ander veelgehoorde uitdaging heeft te maken met eenzaamheid. Het idee is dat slimme oplossingen eenzaamheid verminderen: mensen kunnen gemakkelijker in contact komen met hun naasten en gezelschapsrobots zijn in opkomst. De angst is soms dat verpleegkundigen zullen worden vervangen door apparaten, hetgeen zou leiden tot meer eenzaamheid. Het besef dat slimme toepassingen geen vervanging van persoonlijk bezoek zijn, dringt echter steeds beter door bij gebruikers.

Het is belangrijk te investeren in co-creatie, waarbij ontwikkelaars, zorgverleners en gebruikers worden betrokken. Daarmee wordt voorkomen dat er mooie dingen gemaakt worden, alleen omdat het technisch kan, maar niet omdat er echt behoefte aan is.

Eenzaamheid en kwaliteit van leven

Het kabinet heeft aan het begin van 2015 het zorgsysteem voor ouderenzorg ingrijpend gewijzigd. De wens is dat mensen langer thuis blijven wonen en meer zelf doen. Gelukkig willen veel ouderen zelf ook graag thuis blijven wonen. Dat geldt ook voor mensen met een zorgbehoefte. Ouderen moeten én willen langer thuis wonen. Om naar volle tevredenheid thuis te kunnen blijven wonen, vragen ouderen om meer wooncomfort en veiligheid. Daarbij zijn diensten en toepassingen gericht op contact, veiligheid, gemak, (onderhoud aan de) woning en zorg belangrijk. De belangstelling voor deze laatste categorie richt zich naast daadwerkelijke verzorging ook op persoonsalarmering, tijdelijke opvang, en maaltijd- en taxiservices.

We spreken in dit kader ook wel over kwaliteit van leven. Kwaliteit van leven wordt bepaald door diverse dimensies. Naast gezondheid en veiligheid leveren ook gemak en comfort een belangrijke bijdrage. De technologie en diensten die ouderen van gemak en comfort voorzien, wordt ook wel eens omschreven als “luxeproducten“. Met deze term wil men vooral het verschil met toepassingen voor gezondheid en veiligheid benadrukken. Comfort en veiligheid liggen echter in elkaars verlengde, net als veiligheid en gezondheid.

Een voorbeeld hiervan is op sensoren gebaseerde verlichting die schaduwen wegneemt waardoor het valgevaar afneemt. Diezelfde verlichting zorgt echter eveneens voor gemak, aangezien ouderen geen lichtknop meer in hoeven te drukken. Technologie kan hiermee de zelfredzaamheid verhogen. De mate van zelfredzaamheid bepaalt voor een groot gedeelte of ouderen thuis willen blijven wonen. Ouderen die een hoge mate van zelfredzaamheid ervaren en daar veel waarde aan hechten, willen het vaakst in de eigen woning blijven wonen.

Bij een bespreking van kwaliteit van leven mogen we sociale interactie ook niet vergeten. Veel ouderen voelen zich eenzaam. Het gemis van sociale interactie heeft een groot negatief effect op kwaliteit van leven. Technologie kan ingezet worden als hulpmiddel tegen vereenzaming van ouderen, zo helpt het om gemakkelijker in contact met anderen te komen.

Technologie kan een verbinding vormen tussen het veilig en comfortabel thuis wonen, en het reduceren van ongelukken en eenzaamheid.

 

Meer woonvarianten, wooninitiatieven en aanbod

Kijk op LaCoTA woonvarianten.